Hoe herken je ischias?

Ischias (Ischialgie) is de langste zenuw in het lichaam. De zenuw begint in de rug en loopt via de bil door tot in het been naar de voet. Door druk op deze zenuw ontstaat er zenuwpijn. Deze zenuwpijn ontstaat meestal door niet goed functionerende gewrichten, verkeerd gebruik van spieren, kou, een ontsteking, een rughernia, of kan ontstaan tijdens de zwangerschap (zwangerschapsischias).

Uit onderzoek blijkt dan 50% tot 80% van de vrouwen tijdens de zwangerschap last heeft van lage rugklachten. Zwangerschapsischias is een veelvoorkomende vorm tijdens de zwangerschap. De banden rond de bekken worden losser en hierdoor ontstaat een verhoogde spierspanning. Door de spanning wordt er druk gezet op de zenuwen.

De klachten bij ischias zijn meestal pijn bij de onderrug, bilstreek, been of benen, bij de voet of voeten. Het midden van de billen is vaak ook gevoelig. De pijn kan verergeren als erop wordt gedrukt, zoals bij het zitten. Welke lichaamshouding de symptomen doet verergeren of verminderen verschilt per persoon. Zo heeft de één pijn als hij/zij in een doorzittende bank zit en de ander niet. De meeste mensen die last krijgen van ischias zijn tussen de 30 en 50 jaar oud. Ischias duurt meestal tussen de 1 en 4 weken. Er zijn een aantal tips voor als je ernstige pijn hebt:

• Wisseling van houding, probeer niet te lang in één houding te blijven;
• Tijdelijk geen rug belastende activiteiten uitvoeren;
• Niet te lang zitten;
• Niet zwaar tillen;
• Af en toe liggen om de rug tot rust te laten komen;
• Zoveel mogelijk in beweging blijven, dit stimuleert de doorbloeding.

Het herstel van ischias gaat meestal vanzelf. Het is wel belangrijk om voldoende rust te nemen en het ontzien van de benen en de rug. Het is verstandig om een specialist te raadplegen bij pijn. Doormiddel van gerichte therapie en oefeningen kan de druk op de zenuw verminderen. Een voorbeeld van een aantal oefeningen:

1. De rug hol/bol door middel van het kantelen van het bekken
2. Liggend op de rug de benen naar de borst trekken
3. Liggend op de rug, voeten aan de grond, de benen van links naar rechts bewegen en de schouders aan de grond houden