Ondersteuning bij studiekeuze van levensbelang
Het maken van de juiste studiekeuze is erg belangrijk omdat het de rest van iemands leven kan beïnvloeden. Het kan voor scholieren echter erg lastig zijn deze keuze te maken. Ondersteuning bij het keuzeproces is daarom essentieel.
Verkeerde keuze
Ondanks dat het aantal mensen dat met hun vervolgopleiding stopt afneemt, blijft de uitval hoog, vertelt Thom de Graaf, voorzitter van Vereniging Hogescholen. Een van de redenen hiervoor is het maken van de verkeerde studiekeuze. “Mensen die hun vervolgopleiding kiezen zijn vaak jong, soms wel 16 of 17 jaar. Voor hen kan het lastig zijn om deze belangrijke keuze te maken.” De Graaf is van mening dat jongeren daarom goed begeleid moeten worden om zo een verkeerde keuze te voorkomen.
Keuzebegeleiding
De Graaf benadrukt dat de studiekeuzebegeleiding al tijdens de middelbare school of het mbo moet worden gestart. Dit wordt beaamd door Anouk Gielen, voorzitter van het LAKS. Zij vertelt dat middelbare scholen loopbaanbegeleiding (LOB) bieden om hun leerlingen te ondersteunen bij het maken van hun keuze. Er zijn echter geen landelijke richtlijnen en scholen mogen deze LOB zelf invullen, stelt Gielen.
Als gevolg hiervan varieert de kwaliteit sterk en is de LOB op minstens een kwart van de scholen van onvoldoende kwaliteit. Om de studiekeuzebegeleiding binnen scholen te verbeteren, moet aan een aantal punten worden voldaan, legt Gielen uit. Zo moeten docenten gekwalificeerd zijn en drijfveren en talenten kunnen herkennen, decanen en mentoren het vervolgonderwijs kennen en LOB worden geïntegreerd in de schoolvakken.
“Daarnaast is het essentieel om alumni in de gaten te houden. Wat doen zij? Is er uitval? Zo ja, wat zou anders gedaan moeten worden?” Ook vervolgstudies bieden scholieren en pas afgestudeerden ondersteuning bij hun keuzetraject door middel van open dagen, proeflessen en matching. Deze momenten kunnen erg belangrijk zijn. De Graaf: “Jongeren kunnen niet alleen geïnspireerd raken om een studie te gaan doen, zij kunnen ook tot de conclusie komen dat de studie juist niets voor hen is.”
De rol van ICT
ICT kan binnen het keuzetraject een belangrijke rol spelen, vindt De Graaf. Het begint bij de beschikbaarheid van informatie over instellingen en hun studies: Wat houdt een studie in? Hoe zwaar is het? Wat zijn de ervaringen van anderen?
Daarnaast biedt ICT scholieren de mogelijkheid om door middel van online toetsen te testen of hun kennis en vaardigheden volstaan voor de studie van hun keuze. Deze digitale mogelijkheden moeten onderwijsinstellingen dan ook maximaal benutten, vindt hij, aangezien ze een goede aanvulling vormen op het persoonlijke gedeelte, zoals het motivatiegesprek.
Ruimte voor verbetering
Er zijn veel voorbeelden te noemen waarin het keuzetraject goed ondersteund wordt, aldus De Graaf. Toch ziet hij mogelijkheden voor verbetering. Er zou meer ruimte moeten komen om te experimenten met schakeltrajecten tussen het voorbereidend onderwijs en de vervolgstudie.
Daarnaast is hij van mening dat goed onderzoek moet worden gedaan naar waar het fout ging wanneer scholieren de verkeerde keuze gemaakt hebben. Lag het aan de studie of aan de voorbereiding? Of kwam het wellicht door gebrekkige matching? Gielen vult aan dat het ontwikkelen van landelijke richtlijnen met betrekking tot LOB ook echt van groot belang is.
Het proces begint namelijk al tijdens de middelbare school. Wanneer dan al goed nagedacht wordt over de vervolgstudie en de mogelijkheden, verkleint dat de kans op een slechte studiekeuze en daarmee de kans op uitval. “En dat is wat we willen, want dat zorgt voor minder verspilling van geld, maar bovenal voor minder verspilling van talent.”
Reactie
Geen reacties!
U kunt de eerste opmerking plaatsen.
Plaats een opmerking