Manier van spreken beïnvloedt risico kinderobesitas

Ouders die met behulp van directe zinnen proberen te voorkomen dat hun kinderen te veel eten, hebben meer risico dat hun kroost obesitas ontwikkelt. Dat blijkt uit nieuw onderzoek van the University of Michigan C.S. Mott Children’s Hospital, recent verschenen in the Journal of Nutrition Education and Behavior.

Video-opnames

Voor hun studie maakten de wetenschappers video-opnames van 237 moeders en hun kinderen. Zij waren tussen de 4 en 8 jaar oud. Alle ouders hadden een laag inkomen, wat een risicofactor vormt voor de ontwikkeling van kinderobesitas.

De wetenschappers vroegen de moeder-kindkoppels om alleen in een kamer te zitten. Vervolgens werden ze geconfronteerd met allerlei etenswaren, waaronder chocolade-cupcakes.

(In)directe zinnen

Hoewel er vaak vanuit wordt gegaan dat ouders van te zware kinderen laks zijn als het op voeding aankomt, bleek het tegenovergestelde waar te zijn. Zo probeerden ze hun kind op een actieve manier van te veel eten te weerhouden.

De wetenschappers zagen dat de moeders van de kinderen met overgewicht 90 procent meer geneigd waren om directe zinnen te gebruiken, zoals ‘Je mag er slechts één’ of ‘Eet je er nou twee van op? Nee, dat mag niet!’

De moeders van de gezonde kinderen maakten daarentegen vaker gebruik van indirecte zinnen, zoals ‘Dat is teveel. Je hebt nog geen avondeten gehad.’

Subtiele zinnen beter?

De onderzoekers concluderen dat hoewel indirecte of subtiele zinnen over het algemeen niet goed werken als het gaat om opvoeden, er een uitzondering lijkt te bestaan als het gaat om voeding en gewicht.

Ze benadrukken echter dat hun studie beperkingen heeft, omdat de moeders wisten dat zij gefilmd werden. Dit zou invloed kunnen hebben gehad op hun gedrag. Bovendien werd enkel gekeken naar ouders met een laag inkomen.